Met dit project willen we een labo-omgeving regel- en sturingstechniek ontwikkelen voor de operatoren chemie, voeding en farmacie van morgen. Er is een grote nood aan deze operatoren op onze arbeidsmarkt, getuige daarvan zijn de vele openstaande vacatures voor operatoren en het feit dat deze op de knelpuntberoepenlijst van de VDAB voorkomen.
De labo-omgeving die we willen ontwikkelen bestaat uit:
- een materiële labo-opstelling
- bijhorende digitale leermiddelen voor leerlingen en leraren. De digitale leermiddelen bestaan enerzijds uit voorbereidende labo-oefeningen via een digitaal leerpad en een handleiding voor leraren, en anderzijds uit didactische video’s die de link maken met levensechte bedrijfscontexten in de chemie-, farmacie- en voedingssector.
De labo-opstelling en de digitale leermiddelen zullen ontwikkeld worden samen met scholen, de betrokken sectoren en ondernemingen en de ondersteunende partners (zie verder). Daarna zal dit uitgetest worden in een aantal pilootscholen in Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant die de uitdovende studierichting Chemie (derde graad, TSO/dubbele finaliteit) aanbieden. Op basis van feedbackelementen zal de labo-omgeving binnen het project geoptimaliseerd worden.
Als projectresultaat worden er een aantal prototypes van labo-opstellingen ontwikkeld die binnen de RTC’s kunnen gebruikt worden voor het uitlenen aan scholen in Vlaanderen en voor professionaliseringsinitiatieven van leraren. De digitale leermiddelen zullen vrij ter beschikking zijn van alle scholen.
DOELGROEP
De prioritaire doelgroepen van dit project zijn de leraren en de leerlingen van de derde graad Biotechnologische en Chemische Technieken.
Binnen het secundair onderwijs situeren we de opleiding voor de operatoren chemie, voeding en farmacie binnen de studierichtingen Biotechnieken (tweede graad) en Chemie (derde graad). De studierichting Biotechnieken is een nieuwe studierichting sinds vorig schooljaar (‘21-’22). De studierichting Chemie is een uitdovende richting en wordt door de modernisering omgevormd tot de studierichting Biotechnologische en Chemische Technieken (vanaf schooljaar ‘23-‘24). Deze richting is onder meer gekoppeld aan de beroepskwalificatie ‘operator voedings-, chemische en farmaceutische industrie’.
Vanuit die beroepskwalificatie worden nieuwe accenten gelegd, vooral rond het omgaan met geautomatiseerde procesinstallaties en meten en regelen. Dit niet op het niveau van ingrijpen in de techniek van de installaties, maar wel op het vlot leren begrijpen en kunnen bedienen van die procesinstallaties, en inzicht krijgen in hoe die procesinstallaties samenwerken en gestuurd worden.
Van leerlingen wordt verwacht dat zij kennis verwerven over geautomatiseerde processen, meet- en regeltechnieken. In samenhang daarmee is het de bedoeling dat zij een basiskennis PLC, storingsanalyse, elektriciteit, mechanica, hydraulica, pneumatica en thermodynamica verwerven. Het probleem is dat veel leraren in die nieuwe studierichting niet voldoende vertrouwd zijn met de industriële context en dat deze inhoud grotendeels nieuw voor hen is. Bovendien hebben veel scholen met deze richtingen niet de nodige infrastructuur en materiaal. Vooral de scholen met de Se-n-Se Chemische procestechnieken beschikken momenteel over aangepaste labo-infrastructuur. Scholen met elektromechanisch georiënteerde studierichtingen uit het studiedomein STEM hebben vaak labomateriaal dat meer bedoeld is voor de technicus meet- en regeltechniek of industriële automatisatie. Er is nood aan gepaster didactisch materiaal om de simulatie van geautomatiseerde industriële contexten binnen te brengen in de klas.
In de tweede graad Biotechnieken wordt vooral de link gelegd met de eigen leefwereld. In de derde graad staat de industriële context centraal. Dit gegeven is het moeilijkst te realiseren in de scholen. Vandaar dat dit project vooral aandacht zal besteden aan de ontwikkeling van leermiddelen voor de derde graad. Mogelijkheden om een aantal didactische aanzetten te geven in de tweede graad worden meegenomen in de projectuitwerking.